DIAGNOSTIEK

Multidisciplinair onderzoek kinderen en jongeren


  1. Verwijzing
  2. De vraag tot diagnostisch onderzoek gebeurt op eigen initiatief of op basis van een doorverwijzing via een arts (huisarts, kinderarts, neuroloog, psychiater e.a.), een psycholoog, de school, het centrum voor leerlingenbegeleiding (CLB) of andere hulpverleners.

  3. Aanmelding
  4. Bij een vraag naar multidisciplinair onderzoek starten we steeds met een intakegesprek waarbij we proberen een beeld te vormen van de algemene ontwikkeling van het kind of de jongere. We brengen de gesignaleerde problemen in kaart. Indien nodig wordt toestemming gevraagd voor het opvragen van medische, psychologische en/of schoolse gegevens. Er worden screenings- en observatielijsten uitgezet.

  5. Onderzoek
  6. Afhankelijk van de aanmeldingsvraag en de verzamelde informatie wordt het onderzoek gericht op intelligentie, concentratie, sociaal-emotionele beleving, taal, motoriek en/of schoolvorderingen. Indien nodig verwijzen we door naar gespecialiseerde artsen voor verder medisch-klinisch, neurologisch of psychiatrisch onderzoek.

  7. Interdisciplinair overleg
  8. Tijdens het interdisciplinair overleg worden het dossier en de onderzoeksresultaten besproken. Aan dit overleg nemen alle betrokken therapeuten deel. Er wordt eveneens uitgestippeld welke prioriteiten gelegd worden en hoe de hulpverlening georganiseerd kan worden. Enerzijds wordt bepaald of het aangewezen is door te verwijzen naar een gespecialiseerde hulpverlener zoals een logopedist, een psychomotorisch therapeut, een kinesist of een psycholoog. Anderzijds wordt nagegaan welke rol de omgeving kan spelen in de behandeling. Zo worden (wanneer relevant) concrete pedagogische en didactische adviezen gegeven aan de ouders, de leerkracht of de individuele therapeut die instaat voor de begeleiding van de leerling.
    De uiteindelijke keuze over de te volgen weg berust bij de ouders.

  9. Bespreken verslag + advies
  10. Na de afronding van het onderzoek is er een gerichte schriftelijke en mondelinge verslaggeving aan de ouders en/of betrokkene. Er wordt geprobeerd om de gestelde vragen te beantwoorden. Vervolgens worden een aantal oplossingen voorgesteld en besproken.

  11. Begeleiding
  12. Elk kind ontwikkelt zich op een eigen, unieke manier en dus is ook elk probleem anders. Omwille van deze reden gaan we op zoek naar de begeleiding/de therapie die het meest geschikt is voor het kind in kwestie. Tijdens deze begeleiding werken we dan ook doorgaans in een één-één situatie met het kind, zodat we kunnen individualiseren en differentiëren. Voor logopedische en kinesitherapeutische behandelingen is een tegemoetkoming voorzien door het ziekenfonds. Voor psychotherapie is de mate van terugbetaling afhankelijk van de aanvullende verzekering binnen uw mutualiteit.

  13. Opvolging
  14. Soms kan een follow-uponderzoek na verloop van tijd noodzakelijk zijn om de ontwikkeling te evalueren en de behandeling waar nodig bij te stellen.

NEUROPSYCHOLOGISCH ONDERZOEK VOLWASSENEN

Het vakgebied neuropsychologie bestudeert de samenhang tussen gedrag en werking van de hersenen. De neuropsycholoog stelt met behulp van psychologisch onderzoek vast welke gevolgen een hersenletsel heeft voor het dagelijks leven.
Een hersenletsel kan ontstaan als gevolg van een ongeval (traumatisch hersenletsel), een beroerte (hersenbloeding of herseninfarct), een ziekte (infectie, gezwel), een aangeboren afwijking of een neurologisch ziektebeeld zoals dementie, ziekte van Parkinson, MS etc. Een hersenletsel kan naast lichamelijke gevolgen ook gevolgen hebben op de volgende gebieden:

  • het denkvermogen (cognitief functioneren) : dan is er sprake van stoornissen in aandacht, concentratie, geheugen, waarnemen, taal, denken, tempo en uitvoeren van handelingen;
  • gedrag en emoties: dan kan er sprake zijn van verlies om dingen te ondernemen (initiatiefverlies), verminderde sociale vaardigheden, agressiviteit, angst, depressiviteit, prikkelbaarheid, persoonlijkheidsveranderingen.
Deze stoornissen kunnen ernstige gevolgen hebben voor het dagelijks functioneren en de werkprestaties.

Wat kan u verwachten?

Neuropsychologisch onderzoek

Nadat u een afspraak heeft gemaakt begint het onderzoek altijd eerst met een gesprek met u en eventueel met uw partner of een ander familielid.
In dit gesprek wordt nagegaan wat uw klachten zijn, wat uw leefomstandigheden zijn, of u nog werkt, welke opleiding u heeft genoten e.d. Ook de reden waarom het onderzoek is aangevraagd wordt met u besproken.
Vervolgens krijgt u een aantal tests voorgelegd. In eerste instantie wordt gekeken of er stoornissen zijn op het gebied van uw verstandelijke vermogens. De tests waar u mee te maken krijgt geven bijvoorbeeld informatie over uw geheugen, uw concentratievermogen, werktempo, uw taal en waarneming, spraak, ruimtelijk inzicht en de motoriek van uw handen. Ook kan het zijn dat aan u gevraagd wordt een lijst in te vullen met vragen over uw klachten of over uw persoonlijkheid.

Begeleiding

Op grond van testuitslagen wordt onderzocht wat er met u aan de hand is. Er wordt informatie en advies gegeven over de aard van eventueel verstoorde functies en hoe het beste met de beperkingen daarvan kan worden omgegaan. Ook krijgt de familie hierin ondersteuning.